In Memoriam Mouringh Boeke
Deze zomer kwam het bericht dat oud Vrijeschoolleraar en prominent sociale driegeleder Mouringh Boeke op 25 juli was overleden op 82- jarige leeftijd. Hij heeft daarmee nog bijna een decennium langer geleefd dan zijn ex-vrouw Edithe de Clercq Zubli die al in augustus 2008 overleed. Samen hadden ze vijf kinderen. Mouringh gaf lezingen en begeleidde werkgroepen, gaf cursussen en schreef inleidingen bij boeken van Rudolf Steiner.
Mouringh is geboren in 1935 in Heidelberg en zijn familie verhuisde in 1939 naar Noordwijk. Hij heeft het gymnasium gevolgd in Leiden en studeerde twee jaar in Wageningen zonder succes. Na een drietal jaren in Australië te zijn geweest komt hij terug naar Nederland en vervult zijn militaire dienstplicht. Daarna volgt hij een rechtenstudie in Leiden en was hij later ook enige tijd wetenschappelijk medewerker aan de juridische faculteit. Vervolgens heeft hij ook een aantal jaren op ministeries gewerkt, maar vertrok daar weer vanwege onenigheid over het beleid. Weer jaren later heeft hij de overstap gemaakt naar de vrijeschool bovenbouw (middelbare school) in Haarlem aan het Rudolf Steiner college. Gek genoeg hebben deze school en ook de vereniging van vrije scholen op hun wedsites hier nergens aandacht aan besteedt. Door zijn principiële en onbuigzame houding botste het wel eens op persoonlijk vlak en in zijn sociale relaties.
Zijn ex-vrouw Edithe de Clercq Zubli was ook bovenbouwleerkracht in Groningen. Na de scheiding werd ze ook medeoprichter van de staatsvrije Bovenbouw in Meppel. Verder was ze actief in de Nederlandse Driegeledingsbeweging door lezingen te geven. Zij schreef ook artikelen over dit onderwerp in het onderwijsblad Vrije Opvoedkunst waar zij mede redactielid was en jarenlang voor het tijdschrift Driegonaal . Zij is auteur van het boekje “De onvoltooide revolutie”(1989).
Zelf heb ik Mouringh Boeke beter leren kennen tijdens de samenwerking in antroposofisch adviesbureau Commentor , in de jaren 1984-1985 waar hij samen met Nico Franken (ook jurist) en Max Rutgers – van Rozenburg de harde kern vormde. Dit bureau probeerde initiatieven op het gebied van antroposofische landbouw, gezondheidszorg (therapeutica) en vrijeschool onderwijs bij te staan met adviezen. Als enige bedrijfskundige bestond mijn taak er vaak eruit om de eerste screening te doen bij opdrachtgevers en op basis daarvan een mogelijke adviesopdracht te formuleren en deze te verdelen onder de overige vennoten. Zo verrichten wij betaalde opdrachten voor o.a. Loverendale (BD-bedrijf in Zeeland) en Kruidengroothandel De Piramide en levensmiddelengroothandel Aquarius in Lelystad. Na circa anderhalf jaar bloedde het initiatief dood omdat de leden eigen werkzaamheden meer voorrang gaven en de markt voor dit soort initiatieven commercieel gezien te klein was.
Later heb ik contact gehouden met Mouringh via de door hem georganiseerde werkbijeenkomsten waar de Steiner boeken “Filosofie der Vrijheid” en “Kernpunten van het sociale vraagstuk” nauwgezet werden bestudeerd. Meestal vonden deze bijeenkomsten in de binnenstad van Utrecht plaats kan ik me herinneren en werd de inhoudelijke bespreking afgewisseld met euritmie onder leiding van Sjoukje Rietveld. Deze bijeenkomsten zijn me altijd bijgebleven omdat ze zo nauwgezet en minutieus door Mouringh geleid werden. Als jurist hand hij een scherp oog voor details en formuleringen, die een willekeurige geïnteresseerde als haarkloverij zou beschouwen, maar die soms essentieel waren voor de boodschap en de kern van het betoog. Anderzijds gaf hij weinig om uiterlijk en zagen zijn haren, baard en kleding (zeker zijn ruim hangende corduroy-jasje) er altijd wat slordig en onverzorgd uit. Maar als hij eenmaal begon met praten dan werd je je meteen bewust van zijn scherpzinnigheid en leraar-vakmanschap. Hij zorgde ervoor dat alle deelnemers aan het einde van de middag écht iets geleerd hadden, wat ze waarschijnlijk nooit meer zouden vergeten. Hij zorgde ervoor dat bij iedereen het figuurlijke kwartje was gevallen. Geen wonder dat hij de autoriteit werd in Nederland, die ook nieuwe vertalingen maakte van Steiners’ teksten en inleidingen schreef voor diens opnieuw uitgegeven boeken op het gebied van de Sociale impuls van de antroposofie.
Samen met Dieter Brüll (ook jurist) stond hij aan de wieg van een intensieve jaarlijkse en soms twee jaarlijkse opleiding Sociale Driegeleding vanaf midden jaren tachtig. Uiteindelijk is deze opleiding met vijf lichtingen van start gegaan waar later ook Fred Beekers en John Hogervorst mededocenten waren. Het bijzondere van de opzet was dat de organisatie, de modules, lesprogramma en de betaling georganiseerd en verzorgd werd door de cursisten zelf. De docenten gaven alleen de randvoorwaarden aan. Op deze manier moesten de deelnemers zelf de sociale driegeleding in praktijk ervaren. Zij moesten een gevoeligheid ontwikkelen voor het onderscheid tussen geestesleven onderwerpen, rechtsvragen en economische vraagstukken. Zelf heb ik serieus overwogen om me als deelnemer op te geven voor de eerste lichting, maar de afspraak was dat de cursus alleen in weekenden en schoolvakanties gegeven zou worden en dat was voor mij, naast mijn werk en als jonge vader, te belastend. Toch liet ik geen gelegenheid voorbij gaan om lezingen van Mouringh of Dieter te bezoeken want het waren fascinerende mensen met een uitgesproken missie en visie. Dieter Brüll was ooit hoogleraar Belastingrecht aan de Erasmus Universiteit van Rotterdam, maar stopte ermee toen hij vaststelde dat nieuwe belastingwetten steeds meer gingen indruisen tegen zijn uitgesproken rechtsgevoel.
Mouringh en ook zijn vrouw Edithe waren vanaf het begin betrokken bij het blad Driegonaal dat inmiddels al bijna 30 jaar bestaat. Edithe was mede-redactielid. Later is het helemaal overgenomen door uitgever en publicist John Hogervorst en zijn partner Liesbeth Takken. In de beginjaren zorgde het echtpaar Boeke ook voor de nodige copy. Artikelen zijn ook verschenen in Vrije Opvoedkunst, Lerarenbrieven en het toen in bredere kring bekende blad Jonas.
Als jurist heeft Mouringh ooit een nieuwe onderwijswet geschreven om een soort vrije sector binnen het onderwijs te creëren. Volgens mij heeft hij ook nog een procedure tegen de staat gevoerd. Later kwam hij met vernieuwende ideeën om mensen onderwijsvouchers te geven, die ze konden inwisselen en te gelde maken bij de school van hun keuze.
Mouringh was een van de weinigen uit het vrije schoolonderwijs die de Sociale Driegeleding zeer belangrijk vonden en juist ook in het vrijeschool onderwijs meer plaats en betekenis moest worden gegeven aan vraagstukken van de juiste structuur, financiering en organisatie. Het was niet alleen bedoeld als een visie of theorie voor de maatschappij of economie als geheel (macro), maar zeker ook van groot belang voor organisaties in het vrije geestesleven (meso). Dit was in eerste instantie voor de leidende figuren in het vrije school onderwijs, zoals Willem Veltman en de voorzitter van de Antroposofische vereniging Bernard Lievegoed, niet zo vanzelfsprekend. Boeke, Brüll maar ook Lex Bos en Arnold Henny vormden echter een minderheidsgroep in deze kwestie. Pas op veel latere leeftijd heeft Willem Veltman openlijk toegegeven dat hij zich hierin vergist had en toen pas het eminente belang van de sociale driegeleding inzag.
Terugkijkend hebben Mouringh en zijn partner Edithe een belangrijke rol gespeeld om de sociale en maatschappelijke visie van de antroposofie in Nederland bekendheid te geven en de relevantie ervan aan te tonen bij een grote groep van mensen, maar vooral ook voor antroposofische instellingen en organisaties. Beide zijn voor mij persoonlijk bijzondere leermeesters en inspirators geweest en waarvan ik ook in het voorwoord melding heb gemaakt in mijn boek Trias Politica Ethica (1e druk 2006 en herdruk 2011).